DE IVENSMYTHE WORDT WEER MET KRACHT VERBREID
24-1-2020 - bewerkt - Door 'diplomatie' van de Europese Stichting Joris Ivens te Nijmegen heeft de Nederlandse filmmaker Joris Ivens op 16 januari 2020 postuum een Vriendschapsmedaille gekregen van de Vietnamese regering. Ivens overleed in 1989 en of hij hem bij leven had aangenomen, zullen we nooit weten, maar er is gegronde reden daaraan te twijfelen.
Dat zit zo. In 1978 viel Vietnam Cambodja aan, waar het horrorregime van Pol Pot heerste. Dat was deels veroveringsdrang, met als gelukkige bijkomstigheid dat zo meteen de Pol Potkliek werd verjaagd. China steunde om geopolitieke redenen Pol Pot - Vietnam was te pro-Russisch - en had er voorjaar 1979 zelfs een oorlog tegen Vietnam voor over om de Cambodjaanse dictator te steunen. De Chinese troepen werden na een aantal weken door de veel meer ervaren Vietnamezen teruggejaagd over de grens.
Joris Ivens vond dit allemaal uiterst pijnlijk, maar bleef aan Chinese kant staan. Van de Chinese aanval op Vietnam zei hij niets, van het Pol Potregime evenmin. Hij bleef tot 1988 een jaarlijkse vaste gast in Beijing; in Vietnam is hij nooit meer geweest. Zoals bekend heeft hij in 1989 wel het neerslaan van de studentenprotesten op Tiananmen in een open brief aan Beijing veroordeeld. Dat was mooi van hem.
Al deze toestanden hebben noch de Ivensstichting, noch de Vietnamese regering weerhouden van hun Vriendschapmedaille. Een interessante gemeenschappelijkheid.
De Ivensstichting is na een recent paleisrevolutietje weer helemaal in het offensief. Het speelt zich allemaal af op kabouterniveau, maar toch. Even was er intern de mogelijkheid tot nuancering en matiging geopperd, nota bene door een prominent Gelders SP-lid. Maar de dwarsligger werd weggezuiverd. Ik heb de tendens naar re-politisering in de Ivensstichting eerder gesignaleerd in het boekje Ivenspolitiek uit 2016, met name in hoofdstuk 4: 'Regressie en re-politisering'.
Joris Ivens (1898-1989) wordt weer te vuur en te zwaard verdedigd. Wat heet? Een van de resultaten hiervan is de voornoemde Vriendschapsmedaille die op de Vietnamese ambassade in Den Haag postuum aan een ver familielid van het slachtoffer werd overhandigd. Ivens' echtgenote en zijn broers en zusters zijn allen overleden en kinderen had hij niet, zodat de partijen vrij spel hadden. Tegenwoordig is een Vietnamese vriendschapsmedaille onder omstandigheden best voorstelbaar, maar in dit geval is hij niet te waarderen.
'De oorkonde is getekend door president Nguyen Phú Trong en eert Ivens vanwege zijn solidariteit en hulp gedurende de zware oorlogsjaren, voor hereniging van het land en voor de vrede.'
Het zijn, zoals meestal wanneer het om Ivens en politiek gaat, verbloemende woorden. Ivens was niet voor de vrede maar voor de volksoorlog, net als de Noord-Vietnamese communistische partijleiding in Hanoi. In het Westen bestond een grote beweging die vrede in Vietnam nastreefde en protesteerde tegen de Amerikaanse oorlogvoering. Mooi. Maar dat was een heel ander soort vrede als die waar Hanoi toen het oog op had. Dat wilde door inzet van het Noord-Vietnamese leger, gesteund door zuidelijke guerrilla's, een verenigde communistische eenpartijstaat vestigen.
Joris Ivens las indertijd vol vuur ideologische traktaten van zowat alle Vietnamese communistische partijleiders en verklaarde dat we er allemaal van moesten leren. Over wat hijzelf het propagandawerk in Europa noemde, rapporteerde hij rechtstreeks aan diezelfde partijleiding. Deze 'Rapporten' kunnen gewoon worden nagelezen in de archieven.
Er zat geen licht tussen Ivens' politieke opvattingen en die van het Centraal Comité in Hanoi. Zijn slecht begrepen Vietnamfilm De 17de breedtegraad gaat over de 'volksoorlog', maar er komen vrijwel alleen partijfunctionarissen in voor.
Alle Hanoise beloften voor een hereniging van Vietnam in samenspraak met de bevolking van het zuiden zijn direct ingetrokken nadat Noord-Vietnamese tanks in 1975 door de hekken van Zuid-Vietnamese regeringsgebouwen in Saigon denderden. Er werd een nieuwe dictatuur in het zuiden gevestigd, honderdduizenden verdwenen met bruut geweld in kampen en nog eens 800.000 mensen probeerden met wankele bootjes te ontsnappen. In totaal vertrokken twee miljoen vluchtelingen. Vrijwel alle Nederlands-Vietnamese medeburgers behoren daartoe.
Je kunt je afvragen of Ivens anno 2020 nog wel prijs had gesteld op een medaille die bedoeld is ter herinnering aan zijn toenmalige trouw aan het regime. De onder het Sovjetstalinisme aan Ivens toegekende 'Wereldvredesprijs', en de Leninprijs die hij in Moskou ontving, waren al geen aanbeveling. Het waren immers geen filmprijzen, ze dienden ter waardering van zijn politieke werk voor de Sovjetunie. Hij was er zelf in zijn laatste jaren niet bepaald trots meer op. Ook van Vietnam nam hij afstand, om goede en slechte redenen.
Maar wat maakt het uit, wordt nu gedacht. In Hanoi, Beijing en Nijmegen blijft Ivens een instrument ten dienste van de daar vigerende belangen. En dit keer kunnen we vaststellen dat het niet Ivens' eigen schuld is.
_____________________________________________________